Op 18 december 1865 maakte de Noordkop zich op voor een groot feest. Het weer was mooi, overal wapperden vlaggen en op en rond de treinstations hadden zich grote menigten verzameld. Het enige minpuntje was eigenlijk dat de minister van Binnenlandse Zaken, de befaamde Johan Rudolph Thorbecke, niet aanwezig was. Dat had hij wel beloofd, maar hij was op het laatste moment verhinderd wegens dringende staatszaken. Het maakt het plezier er uiteindelijk niet minder om. Die maandag was een belangrijke dag in de geschiedenis van dit deel van Noord-Holland. Dat besefte iedereen. De trein tussen Alkmaar en Den Helder ging die dag voor het eerst rijden.
Categorie archief: Alkmaar – Den Helder 150
Stations van de plank tussen Alkmaar en Den Helder
Spoorbedrijven pakten in de negentiende eeuw flink uit met hun stations. Hoe groter en hoe meer tierelantijnen, hoe beter. Het waren in feite enorme reclameborden die reizigers moesten lokken en imponeren. Toen het Rijk zich in 1860 met de aanleg van het spoornet ging bemoeien, veranderde dat op slag. De Staat had niet zo’n behoefte aan al die aandachttrekkerij. En wat natuurlijk ook een rol speelde: ze zat krap bij kas. Alles moest zo goedkoop mogelijk.
Laat het vriezen! Gauw, laat het vriezen
Echt geweldig draaide de spoorlijn Alkmaar – Den Helder in het begin nog niet. Het goederenvervoer viel zwaar tegen. Dat was niet zo vreemd, want het was de eerste twee jaar nog een geïsoleerd liggende lijn. In Alkmaar hield het spoor gewoon op. Reders hadden geen zin om hun spullen eerst in Den Helder in de trein te laden, vervolgens in Alkmaar uit te laden en daarna weer in boten het Noordhollandsch Kanaal op te sturen. Dan konden ze net zo goed meteen doorvaren.
‘Zeg alstublieft nee tegen die Westfriezen’
Al in 1840, een jaar dus na de allereerste treinrit in Nederland, zijn er al plannen gemaakt voor iets dat met een beetje goede wil een spoorlijn door Noord-Holland genoemd mag worden. In een artikel over de lijn Alkmaar – Den Helder in het blad Op de Rails noemt spoorkenner Jan de Graaf een initiatief om schepen in het Noordhollandsch Kanaal door een stoomlocomotief te laten trekken. Een soort gemechaniseerde trekschuit dus.
Knokken om Staatslijn K
De mythe wil dat Nederland halverwege de negentiende eeuw slaperig en een tikkeltje achterlijk ronddobberde in zijn trekschuiten, terwijl het buitenland in hoog tempo de ene na de andere hypermoderne spoorlijn de grond instampte. Verschillende historici hebben inmiddels gehakt gemaakt van dat beeld. Er waren spoorplannen zat in Nederland, maar geldgebrek en praktische bezwaren – zoals brede rivieren, slappe bodems en te dun bevolkte streken – stonden in de weg.
Alle afleveringen van de serie ‘De trein terug’ hier op een rijtje
De serie De Trein terug, ter gelegenheid van 150 jaar Alkmaar – Den Helder, is 1 juli begonnen in de Alkmaarsche Courant, de Schager Courant en de Helderse Courant. Alle afleveringen van de serie zijn via deze link te lezen.
Het volgende boek en de volgende serie: De trein terug
Het heeft even geduurd, maar de kogel is nu door de kerk. In november van dit jaar verschijnt mijn volgende ‘spoorboek’: De trein terug. Geen tocht langs een verdwenen spoor- of tramlijn deze keer, maar verhalen over een bestaande treinverbinding. Alkmaar – Den Helder bestaat eind dit jaar 150 jaar en door het Noordhollands Dagblad – een van de kranten waar ik voor werk – ben ik gevraagd daar een krantenserie en een boek over te schrijven.
Opwarmertje voor Alkmaar – Den Helder 150 in het NHD
In de Alkmaarsche Courant, Schager Courant en Helderse Courant van zaterdag stond een dubbele pagina met verhalen van mij over de eerste rit op de spoorlijn Alkmaar – Den Helder. Bedoeld als startschot of opwarmertje voor de serie die later dit jaar verschijnt.
De verhalen zijn het makkelijkst te vinden via dit verzamelbericht.
Op naar Alkmaar – Den Helder 150 jaar
Op 18 december van dit jaar is het 150 jaar geleden dat de spoorlijn Alkmaar – Den Helder is geopend. Mijn uitgever heeft me gevraagd of ik daar een jubileumboek over wil schrijven, en daar ben ik nu een kleine twee jaar mee bezig. Of het ‘Sporen 5’ gaat heten, weet ik nog niet. Sporen is toch vooral een zoektocht langs verdwenen spoor- en tramlijnen, terwijl op deze baan nog altijd een paar keer per uur een trein voorbij komt.